Op 30 augustus, maar dan in 1980, ging de Alarmschijf van de Nederlandse Top 40 naar ‘Another one bites thedust’ van Queen. Het zou internationaal gezien tot één van Queen`s meest succesvolle singels uitgroeien. Het nummer, geschreven door John Deacon, bereikte o.a. de eerste plaats in Amerika, Canada, Spanje en Israël. Alleen al in Amerika vlogen er meer dan vier miljoen platen over de toonbank.
Hier viel het succes nogal tegen, want het bleef steken op de 14e plaats van de Nederlandse Top 40. De bashook in ‘Another one bites the dust’ is geïnspireerd op ‘Good Times’, een nummer van Chic. ‘Another one bites the dust’ stond op het Queen album ‘The Game’. Het oorspronkelijke idee van Deacon was een lied met een cowboy thema, maar na wijzigingen aan onder meer de songtekst was het resultaat een heuse funk track. De opnames vonden plaats in de Musicland Studios in München, met Queen-producer Reinhold Mack. De meeste instrumenten zijn door Deacon zelf ingespeeld (bas, piano, gitaar en percussie op drum). Daarna bracht Freddie Mercury zijn ideeën in.
Roger Taylor voegde een drumloop toe en Brian May leverde bijdragen met zijn gitaar én met een Eventide harmonizer. De speciale effecten werden gemaakt door opnames van de piano- en gitaarlijnen achterstevoren af te spelen en door veel gebruik van de harmonizer. Aanvankelijk wilde Queen het niet op singel uitbrengen, maar Michael Jackson prees het nummer aan na één van zijn concerten en dat bracht Queen op andere ideeën. Gelukkig!
Terug naar 23 maart, maar dan in 1978! Op deze dag ging de Paradeplaat van de TROS op Hilversum 3 naar ‘The party is over’ van The Chaplin Band. Het nummer werd geschreven door bandleden John Bartels en Walter Nita. Het nummer was de opvolger van ‘Let’s have a party’, waar o.a. zanger van het eerste uur Jimmy Soulier aan mee had geschreven. Hij was juist een jaar eerder vertrokken uit The Chaplin Band en overgestapt naar de band Quasimodo. Walter Nita nam daarna de leadzang over. ‘Let’s Have A Party’ kwam ook uit in Duitsland. De Zuid-Limburgse band werd opgericht door de gebroeders John en Jo Bartels om in te haken op de opkomende discorage. ‘The party is over’ werd in tegenstelling tot hun debuutsingel geen hit en bleef steken in de Tipparade. Overigens zou Jimmy Soulier in 1981 terugkeren bij The Chaplin Band. Precies op tijd voor wat de grootste hit van de groep zou worden: ‘Il veliero’ (1982).
Bijna elke dag staan we bij Hitzound stil bij de Alarmschijf. Het was de plaat die in 1969 officieel werd geïntroduceerd door Radio Veronica en werd wekelijks gekozen en veel gedraaid. (na het hele uur) Vanaf 1 november 1969 startte Radio Veronica officieel met de Alarmschijf. Daarmee is het de oudste, nog altijd gekozen hit tip van de Nederlandse radio. Voordat de DJ`s van het eerste uur de Tipparade gingen samenstellen was er al een voorlopige Tipparade in het leven geroepen bij de zee zender. Deze werd gestart door Rob Out en uitgezonden na de Veronica Top 40 vanaf de pré-keuzes, 15 juli 1967. Op chronologische volgorde bespreekt Hitzound de keuzes.
Op 5 april, maar dan in 1980, ging de Alarmschijf van de Nederlandse Top 40 naar ‘Don’t Push It Don’t Force It’ van Leon Haywood. De Amerikaanse singer-songwriter schreef het nummer zelf voor zijn LP ‘Naturally’. In zijn beginjaren was Leon toetsenist in de begeleidingsband van Sam Cooke. Na zijn overlijden in 1964 ging hij solo verder. In 1975 had hij Leon een grote hit op zijn naam gebracht met ‘”I Want’a Do Something Freaky to You’, dat in 1992 door Dr. Dre werd gesampled. Ook Snoop Dogg maakte gebruik van deze Haywood track. In Nederland kennen we Leon Haywood alleen van ‘Don’t push it, don’t force it’. Hij reisde naar Nederland om het nummer op te nemen voor Top Pop. De singel bereikte de 12e plaats in de Nederlandse Top 40 en was ook in Amerika en Engeland succesvol. Haywood overleed in 2016 op 74-jarige leeftijd.
Op 2 augustus, maar dan in 1975, komt ‘Jive talkin’’ van de Bee Gees binnen in de Nederlandse Top Veertig. Het nummer werd geschreven door de drie broers Barry, Maurice en Robin Gibb. Het was de eerste singel van hun album ‘Main course’. Daarvoor hadden de Bee Gees voor het eerst platenproducer Arif Mardin van Atlantic Records in de arm genomen. Eerdere LP’s in de seventies verkochten slecht, dus waagden de Bee Gees deze gok. Die pakte meer dan goed uit! Met ‘Main course’ kiezen de Bee Gees voor een nieuwe muzikale weg. Precies op het juiste moment, omdat R&B steeds meer mainstream wordt. En de ‘blue-eyed soul’, zoals de Bee Gees zelf hun muziek omschrijven, sloot daar naadloos bij aan! ‘Jive talkin’’ bereikte zowel in Amerika als Canada de eerste plaats. Het album wordt met goud en platina bekroond. In de Nederlandse Top Veertig bleef het succes voor ‘Jive talkin’’ beperkt tot de 23e plaats. Maar de opvolger ‘Nights on broadway’, ook te vinden op ‘Main course’, zou de Bee Gees weer terug naar de top brengen in Nederland.
Terug naar 10 maart 1977! Op deze dag ging de Paradeplaat van de TROS op Hilversum 3 naar ‘Boogie man’ van Rockaway Boulevard. Het nummer werd geschreven door Anton Mathijssen en Omar Dupree. De disco- en funkgroep werd opgericht in 1977 en de vaste bestaat kern bestond uit bassist Paul Bagmeyer, gitarist Ton Matthijssen, zangeres Kathy Jackson en de Amerikaanse zanger Omar Dupree (later naar American Gipsy). Later zijn er enkele personeelswisselingen en zingen onder meer Jetty Weels en Mildred Douglas van Mai Tai. ‘Boogie Man’ was de eerste single van Rockaway Boulevard en behaalde de 11e plaats in de Nederlandse Top Veertig.
Credits: Angelo Deligio, Mondadori Publishers, Wikipedia
Vandaag openen we wederom de Kluis van de Flops. Je vindt er plaatjes, die op single zijn uitgebracht, maar nooit de Veronica- of Nederlandse Top Veertig hebben gehaald. Maar ze hebben de tand des tijds doorstaan en in veel gevallen zelfs uitgegroeid tot classics. De kluis openen we in alfabetische volgorde van de titel van de plaat uit de periode 1964 – 2022.
In de Kluis van de Flops valt deze single zeker op: ‘Also sprach Zarathustra’ van de Braziliaan Deodato. Het nummer was origineel een arrangement van de Einleitung uit Also sprach Zarathustra, één van de beroemdste symfonische gedichten van Richard Strauss. De single van Eumir Deodato werd uitgebracht in 1973, in een periode waarin de popmuziek vaker teruggreep op de klassieke muziek, denk bijvoorbeeld aan Ekseption met haar Air van Johann Sebastian Bach, Emerson, Lake & Palmer met werken van Aaron Copland, Moessorgski en Charles Hubert Parry. ‘Also sprach Zarathustra’ greep terug op de soundtrack van 2001: A Space Odyssey, alwaar de muziek van Strauss ook te horen was.
‘Also Sprach Zarathustra’ was een mengeling van latinrock, jazzrock, funk en rock en duurde maar liefst negen minuten lang. Daardoor was het nummer eigenlijk ongeschikt voor de radio. Toch werd het nummer internationaal gezien een succes. Vooral de overgang van het dreigende akkoord dat Strauss geschreven had naar de swingende muziek daarna werd bewonderd. Deodato kreeg er een Grammy Award voor. De verkoop ging de 5 miljoen exemplaren te boven. Niet dankzij Nederlandse inbreng: daar stond het nummer enkel vier weken in de Tipparade. In de Kluis gekoesterd als een kostbaar kleinood.
Op 3 oktober, maar dan in in 1981, komt Rick James binnen in de Nederlandse Top Veertig met ‘Superfreak’. Rick schreef het nummer met Alonzo Miller en het was te vinden op zijn LP ‘Street songs’. Niemand minder dan The Temptations verzorgden de achtergrond vocalen op de single! Met de term “Super Freak” wordt een seksueel avontuurlijk iemand bedoeld. James kreeg de inspiratie voor het nummer toen hij grappen maakte over uitdagende dansjes van sommige mensen. Dat grapje leidt tot een enorme hit. Dat kwam goed uit na ‘Garden of love’, Rick’s album uit 1980, die slecht had verkocht. ! In Amerika werd ‘Superfreak’ een nummer 1 hit; in de Nederlandse Top Veertig bereikte het nummer de 2e plaats. In 1990 verdient James opnieuw aan het nummer: MC Hammer gebruikt de instrumentale ‘Superfreak’ versie voor zijn nummer 1 hit ‘U can`t touch this’. Voor deze samenwerking kreeg James zijn enige Grammy Award.
Terug naar 25 juni 1977! Op deze dag ging de Troetelschijf van Hilversum 3 naar ‘A real mother for ya’ van Johnny “Guitar” Watson. Het nummer van de Amerikaanse muzikant werd uitgebracht op zijn gelijknamige album uit 1977. ‘A Real Mother for Ya’ is geschreven en geproduceerd door Watson De titel van het nummer is een verbastering van “a real motherfucker”. Op het nummer wordt veel gebruik gemaakt van de talkbox. Zijn vader John Sr. was pianist en leerde zijn zoon het instrument. Maar de jonge Watson voelde zich meteen aangetrokken tot het geluid van de gitaar.
Zijn grootvader, een predikant, was ook muzikaal aangelegd. “Mijn vader zong tijdens het gitaarspelen in de kerk” zei Watson jaren later. Toen Johnny 11 jaar was, bood zijn grootvader hem een gitaar aan, alleen als de jongen geen “duivelse muziek” zou spelen, blues. Watson zei ja, maar blues was toch het eerste wat hij deed. Tijdens de jaren 50 werd hij bekend met singles als “Space Guitar” (1954), “Those Lonely, Lonely Nights” (1955), “Three Hours Past Midnight” (1956), “Superman Lover” (1976), “A Real Mother For Ya” (1977). Die laatste werd zijn enige hit in Nederland. Het nummer behaalde de 3e plaats in de Nationale Hitparade.
Op 24 september 1976 ging de Alarmschijf van de Stichting Nederlandse Top Veertig naar ‘Play that funky music’ van Wild Cherry. Het was de eerste single van hun debuut LP ‘Wild Cherry’ en werd gepend door Rob Paressi. Hij was de zanger van deze band. Het was een fan, die tijdens een concert Rob Paressi op een idee bracht. Hij riep zoiets als “Gaan jullie witte jongens wat funky muziek spelen?” De zanger onthield de kreet en schreef later de regel “play that funky music” op en maakte er vervolgens een nummer van.
Toen ‘Play that funky music’ af was, zou het op single verschijnen al B-kantje. De rest van de groep had namelijk zijn kaarten gezet op een cover van het Commodores-nummer ‘I Feel Sanctified’. Maar op aandringen van platenmaatschappij Epic Records werd het alsnog ‘Play that funky music’. Een gelukkige beslissing, want deze track viel wereldwijd goed in de smaak! Zo bereikte Wild Cherry met ‘Play that funky music’ de eerste plaats in de Billboard Hot 100. In de Nederlandse Top Veertig behaalde de groep de 4e plaats.
Op 21 mei 1976 ging de Alarmschijf van de Stichting Nederlandse Top Veertig naar ‘Movin’ van Brass Construction. Deze song werd gepend door Randy Muller en Wade Williamston en stond op de LP ‘Brass Construction’. De Amerikaanse funkband werd opgericht in 1968. De plaat werd gemaakt bij het label United Artists Records, waar ze in 1975 een platencontract tekenden. De 3 minuten en 49 secondes durende single ‘Movin’ was het resultaat van een jam sessie die zo’n 16 minuten duurde. Er werd dus stevig in geknipt en geplakt om er een pakkende single van te maken. ‘Movin’ was hun grootste hit: het bereikte de 14e plaats in de Billboard Hot 100 en de 10e positie in de Nederlandse Top Veertig De zanger van Brass Construction, Randy Muller, scoorde ook een aantal Amerikaanse R&B successen met Skyy.