Op 21 januari, maar dan in 1967, komt Cat Stevens nieuw binnen in de Veronica Top Veertig met ‘Matthew And Son’. Het nummer was de titelsong van zijn debuutalbum (1967) en zijn tweede single. De zanger werd op 21 juli 1948 geboren in Londen als Steven Demetre Georgiou. Op 15-jarige leeftijd krijgt hij van zijn vader een gitaar en oefent op het dakterras van zijn ouders songs van zijn favoriete band The Beatles. Na de middelbare school volgt hij een opleiding tot cartoonist, iets wat hem later goed van pas komt, als hij hoezen ontwerpt voor zijn eigen albums. In zijn vrije tijd treedt hij op met zijn gitaar op in lokale bars en koffiehuizen.
Een vriendin raadt hem aan om als artiestennaam te kiezen voor Cat Stevens, want heeft hij niet de donkere mysterieuze ogen van een kat? Met zijn eigen liedjes trekt hij al snel de aandacht van Mike Hurst, die ooit samen met Tom en Dusty Springfield lid van het Britse trio The Springfields. Hurst helpt hem aan een platencontract en het resultaat is de single ‘I Love My Dog’ (1966). Het nummer ‘Matthew and Son’ schreef hij zelf en was in Engeland een groot succes: het nummer bereikte de tweede plaats. Stevens zou geïnspireerd zijn door Henry Matthews, zijn kleermaker. Hij gebruikte hem in zijn rol als arbeider in de song. Maar ook gaan er verhalen , dat het simpelweg ging over een bedrijf, dat Matthews and Son heette en waar de arbeiders voor een hongerloontje gebonden waren aan lange werkdagen. In de Nederlandse Top Veertig bereikt het nummer de 21e plaats.
