Vandaag viert Richard Carpenter zijn 72e verjaardag. Hij was de mannelijke helft van de Carpenters, dat hij samen vormde met zijn zus Karen. Richard was al vroeg geïnteresseerd in het maken van muziek. Hij begon op jonge leeftijd te spelen op de piano. Karen raakte later, op de middelbare school geïnteresseerd in de muziek. Zij sloot zich aan bij schoolbandjes en toen bleek hoe goed te kon zingen.

In hun vroege carrière zagen platenmaatschappijen nog geen brood in het duo, of ze waren alleen in Karen geïnteresseerd. Ze wonnen in 1966 de talentenjacht “Battle of the Bands” en werden gespot door het platenlabel RCA, maar het succes bleef uit. Samen met vier medestudenten vormden broer en zus daarna de band Spectrum en speelden al snel voor volle zalen.

Nadat de band Spectrum uiteengegaan was, besloten broer en zus Carpenter als duo verder te gaan: Karen op drums, Richard op toetsen, en beiden als zangers. Ze stuurden demo’s op naar diverse platenmaatschappijen en trokken zo de aandacht van Jack Daugherty van A&M Records. Ze tekenden een contract in 1969. Hun eerste album, Offering, bevatte veel materiaal dat Richard had geschreven in de Spectrum-periode. Het opvallendste nummer op het album was echter een cover van het Beatles-nummer “Ticket to Ride”. Het werd hun eerste hit.

In 1970 braken de Carpenters definitief door met “Close To You” van Burt Bacherach. Het was een begin van vele successen. “Superstar”, “Yesterday Once More”, “Top Of The World” en “Jambalayah” zijn enkele van hun hits. Door hun intensieve tourschema ontstonden in de loop van de jaren zeventig de problemen. Karen ontwikkelde een obsessie voor haar gewicht en leed aan anorexia nervosa. Op zijn beurt was Richard verslaafd geraakt aan drugs. Deze gebeurtenissen leidden tot het einde van de liveoptredens van het duo. Richard liet zich opnemen in een kliniek. Nadat hij clean was, kwam het duo weer bij elkaar, maar intussen was Karen ernstig verzwakt. Ze stierf op 32-jarige leeftijd.

 

 

 
Translate »
Share This