Op 11 april 1966 neemt Frank Sinatra in een studio in Los Angeles de single ‘Strangers In The Night’ op. Het nummer, geschreven door Bert Kaempfert, was bedoeld voor Melina Merkouri, maar zij sloeg het af omdat zij het nummer beter vond klinken als het door een man zou worden gezongen. De drums worden gespeeld door Hal Blaine, terwijl Glen Campbell op gitaar te horen is. Een van de bekendste onderdelen van het nummer is de scatimprovisatie tijdens de fade-out, waarin Sinatra herhaaldelijk “doo-be-doo-be-doo” zingt.
Sinatra vond “Strangers in the Night” geen goed nummer; zo noemde hij het ooit een “stuk stront” en “verdomme het slechtste nummer dat ik ooit heb gehoord”. Desondanks scoorde hij in Amerika voor het eerst sinds “Learnin’ the Blues” uit 1955 een nummer 1-hit met de single. Ook in Engeland werd het een nummer 1-hit. In Nederland behaalde het de tweede plaats in de Veronica Top Veertig. Het nummer ontving in 1967 drie Grammy Awards in de categorieën Record of the Year, Best Male Pop Vocal Performance en Best Instrumental Arrangement Accompanying Vocalist(s).
“Strangers in the Night” groeide uit tot een ware klassieker en is gecoverd door vele artiesten, waaronder Aerosmith, Marc Almond, Cake, Vikki Carr, Eric Clapton, Petula Clark, Dalida, José Feliciano, Connie Francis, Jimi Hendrix, Julio Iglesias, Jack Jones, Brenda Lee, Barry Manilow, Al Martino, Johnny Mathis, Bette Midler, Johnny Rivers, Andy Williams en zijn dochter Nancy Sinatra.