Vandaag viert Joni Mitchell haar 78e verjaardag. Gefeliciteerd!  In haar vroege jeugd begon de Canades met piano lessen, maar als ze op haar 9e in het ziekenhuis beland met polio ontdekt ze zingen. Haar medepatiënten vormen haar eerste publiek.  Haar muzikale doorbraak vindt plaats in de koffiehuizen van Toronto, Detroit en later New York. Met haar unieke combinatie van stem, gitaarspel en teksten viel ze op en werd ze uitgenodigd om op te treden in het voorprogramma van Crosby, Stills & Nash (1969). Later ging ze met Graham Nash in Laurel Canyon wonen.

Ze had hits in de Veronica Top Veertig met onder andere “Big yellow taxi” (een liedje over de milieuproblematiek), “Woodstock”, “Chelsea morning” en “Both sides now”. Mitchell wordt wel gezien als een van de invloedrijkste vrouwelijke artiesten van de twintigste eeuw. In 1971 verscheen haar album “Blue”, door velen beschouwd als haar beste album. In 1997 bereikte Mitchell zomaar opnieuw de internationale hitlijsten met ‘Got ‘till it`s gone’, een samenwerking met Janet Jackson.

In 2014 verscheen haar laatste album ‘Love has many faces’. Een jaar later werd bekend dat ze plotseling opgenomen was in het ziekenhuis. Ze bleek een aneurysma, een zware hersenbloeding te hebben gehad. Ze woonde alleen en lag 3 dagen op de vloer in haar keuken voordat ze gevonden werd. Ze is weer af en toe in het openbaar gezien, in een rolstoel. Aan het muziekblad Billboard vertelde ze dat ze problemen had. Een vorm van huidziekte maakt het haar onmogelijk om te zingen of muziek te maken.

 
Translate »
Share This