Vandaag viert Stewart Copeland zijn 67e verjaardag. Hij was de drummer van The Police. Na de middelbare school studeerde de Amerikaan vervolgens muziek, politieke wetenschappen en communicatiewetenschappen, studies die hij echter nooit voltooide. In 1972-73 – tijdens zijn studietijd – bracht de 20-jarige Copeland onder de naam Frolk Haven zijn eerste experimentele psychedelische rock LP ‘At the Apex of High’ uit.
Daarnaast werkte hij als roadie voor bands als Wishbone Ash, was hij chauffeur van Renaissance en hielp hij Cat Iron op artistiek vlak. Hij werd in 1973 roadmanager van Joan Armatrading om vervolgens terug te keren naar Engeland. Stewart schopte het een jaar later tot tourmanager van Curved Air en was in 1975 en 1976 de drummer van de band. Copeland behaalde zijn grootste successen met The Police, de band waarvan hij deel uitmaakte van 1977 tot 1986, samen met Sting, Henry Padovani en Andy Summers.
Het was de toen 24-jarige Stewart Copeland, die in 1976 een nieuwe band formeerde: The Police. Copeland wilde met The Police meedoen aan een nieuwe stroming in de popmuziek: punkrock. Hij had de 24-jarige Sting op die dag in 1976 in St. Mary’s College in Newcastle upon Tyne voor het eerst aan het werk gezien met de jazz-rock band Last Exit en dacht aan hem om in zijn nieuwe groep te spelen. De derde persoon werd de op 8 december 1976 naar Londen verhuisde Henry Padovani, een 24-jarige Corsicaan.
Copeland schreef in het begin alle nummers; later zouden de teksten van de band vooral van Sting komen. In 1979 brak The Police wereldwijd door met het album ‘Outlandos d’Amour’ en de single ‘So Lonely’. Het was het begin van een grote carrière. ‘Roxanne’, ‘Message In A Bottle’, ‘Walking On The Moon’ en de nummer 1 hit ‘Every Little Thing She Does Is Magic’ is maar een greep uit hun repertoire. The Police verkocht wereldwijd meer dan 75 miljoen albums.
