Vandaag viert Martha Reeves haar 79e verjaardag. Ze maakte deel uit van de Amerikaanse meidengroep Martha & The Vandellas, die vooral populair was in de jaren zestig. Ze behoorden tot platenlabel en hitmachine Motown in Detroit. In 1957 vormden Gloria Williams, Rosalind Ashford en Annette Beard de groep, waarbij Martha Reeves zich later aansloot. Zo ontstonden de Del-Phis, die optraden op schoolfeestjes en benefietconcerten. Ze kregen een contract bij Chess Records en mochten een single opnemen,’ I’ll Let You Know’.
Toen ze op zoek waren naar een nieuw platenlabel werden ze door William “Mickey” Stevenson gevraagd om bij Motown Records te werken. Daar maakten ze onder de nieuwe naam The Vells in 1961 een single ‘There He Is’. Zo begon hun zangcarrière bij Motown, maar hiermee scoorden ze geen hit, waarna leadzangeres Gloria Williams de groep teleurgesteld verliet.
Het overgebleven drietal bleef bij Motown, waar Martha Reeves een baantje als secretaresse kreeg aangeboden. Toen achtergrondzang nodig was voor opnamen werd het drietal hiervoor gevraagd. Ze fungeerden als achtergrondzangeressen bij onder anderen Marvin Gaye en Mary Wells. Toen Wells verhinderd was werd het trio, met Martha Reeves als de nieuwe leadzangeres, gevraagd het nummer ‘I’ll Have To Let Him Go’ in te zingen. Daarmee was Motown zo blij dat ze een professioneel contract kregen. The Vells veranderden hun naam in Martha & The Vandellas.
In 1963 begon het succes voor Martha & The Vandellas. Hun productieteam was het drietal Brian Holland, Lamont Dozier en Eddie Holland. Het eerste nummer Come And Get These Memories haalde nummer 29 op de Amerikaanse Billboard. Hun volgende hit (Love Is Like A) Heatwave haalde nummer 4 op de Amerikaanse Top100. In 1964 brachten ze hun grootste hit uit: ‘Dancing in the Street’. (Later succesvol gecoverd door David Bowie en Mick Jagger). Dit liedje was geproduceerd door Mickey Stevenson, die het geschreven had voor zijn vrouw Kim Weston. Omdat zij het afwees kregen Martha & The Vandellas de kans het op te nemen. Na dit grote succes volgden nog hits als ‘Nowhere to Run’ , ‘Jimmy Mack’ en ‘I’m Ready for Love’.
