Gaat Israël de IJslandse groep Hatari verbannen van het Songfestival, dat gehouden wordt in Tel Aviv? De band zou afreizen naar Tel Avic met de ‘bijdrage’ ‘Hatrið mun sigra’. Dit nummer gaat over haat, die uiteindelijk zal overwinnen. Een onverkwikkelijke boodschap in een instabiele wereld, waar gisteren nog 49 mensen in Christchurch werden vermoord, vanwege de haat van een 28-jarige man tegenover anders-gelovigen.
IJsland blijkt om een andere reden in de gevarenzone te zitten: Israël heeft een taskforce ingezet die alle acts in de gaten gaan houden die aan het Eurovisie Songfestival in Tel Aviv gaan deelnemen. Zo mogen deelnemende artiesten geen boycot van Israël ondersteunen of ondertekenen.
Naar nu blijkt, hebben drie leden van Hatari een boycot van Israël hebben ondertekend nadat vorig jaar Netta won met ‘Toy’. De ‘anti-kapitalistische techno BDSM-band’, zoals Hatari zichzelf omschrijft, ontkent niet dat ze kritiek op Israël hebben geleverd. “Dat IJslanders voor ons hebben gestemd, betekent dat ze het belangrijk vinden dat we de discussie levend houden”, aldus Matthías Tryggvi Haraldsson van Hatari. “Maar ik denk niet dat we met een Palestijnse vlag zullen zwaaien op het podium.”
In een interview met The Independent zei de band, dat Israël niet kan volhouden dat het Songfestival een politiek neutraal evenement is. Een ieder mag uiteraard kritiek uiten op de situatie in Israël. Wie echter de boycot heeft ondersteund, krijgt geen visum. IJsland treedt aan in de eerste halve finale op 14 mei.
