Op 14 mei 1975 duikt Conny Vandenbos de Dureco-studio’s van Weesp in om te starten met de opnamen van haar album ‘Van Dichtbij’. Deze LP, geproduceerd door Eric Boom, werd haar grootste succes in haar carrière.  Op het album staan o.a. de nummers ‘Drie Zomers Lang’, ‘In Den Haag Is Een Laan’,  ‘Sjakie Van De Hoek’ en ‘Ein Röschen mein Röschen- , de Duitse versie van haar top tien hit ‘Roosje, M’n Roosje’.  In de voorverkoop blijkt de plaat al goed voor goud. Uiteindelijk zal Conny een platina plaat met diamant ontvangen. De diamant krijgt Conny omdat er niet eerder van een Nederlandse LP zoveel zijn verkocht.

VandenBos begon haar carrière in het AVRO-kinderkoor en maakte haar solo-debuut in februari 1960 het KRO-radioprogramma Springplank, waarin ze Franse chansons zong. Twee van de liedjes die ze hier zong verschenen een jaar later op LP.  Na haar optreden tijdens het Belgische Knokkefestival van 1961 kreeg ze een platencontract. Met het nummer “Zachtjes” deed ze een jaar later een gooi naar het Eurovisie Songfestival, maar in de voorronde werd ze derde. In 1965 lukt het wel: met het nummer “`t Is Genoeg”. France Gall won het festival met “Poupee de Sire” en Conny eindigde elfde. Het werd in Nederland geen hit.

In 1977 ontving ze een Edison en een Gouden Harp van Conamus voor het album “Zo wil ik leven”. In leven is Conny helaas niet meer: ze overleed in 2002 op 65-jarige leeftijd, twee weken nadat werd vastgesteld dat ze aan longkanker leed.