Op 3 november 1973 ging de Alarmschijf van Radio Veronica naar ‘Get up, stand up’ van The Wailers. Het nummer werd geschreven door Bob Marley en Peter Tosh en te vinden op de LP ‘Burnin’’. Het nummer debuteerde op de 1e plaats in de Tipparade. De tekst van ‘Get up, stand up’ refereert sterk naar het Rastafari-geloof, waarvan Marley een aanhanger was. Deels was Marley ook geïnspireerd geraakt om het nummer te schrijven ma een bezoek aan Haïti. De armoede en misbruik van mensen die opgroeiden in de Trenchtown-ghetto van Kingston greep hem aan. Hij sloot bijna altijd met dit nummer zijn concerten af. De melodie van ‘Get up, stand up’ zou ‘geleend’ zijn van het nummer ‘Slippin’ Into Darkness’ van de groep War, waarmee Marley goed bevriend was.
Terence Wilson, voormalig zanger en medeoprichter van UB40, is zaterdag overleden na een kort ziekbed. De 64-jarige Wilson was ook bekend onder zijn artiestennaam Astro. Hij begon zijn carriére bij UB40 als roadie en mocht de band aankondigen. Later werd hij de tweede zanger achter frontman en zanger Ali Campbell. Terence speelde daarnaast op trompet en percussie. In een verklaring op Twitter meldt UB40 : “We zijn er kapot van dat we moeten melden dat onze geliefde Astro vandaag is overleden na een zeer kort ziekbed. De wereld zal zonder hem nooit meer hetzelfde zijn”.
UB40 werd in 1978 opgericht door een vriendengroep uit Birmingham, waaronder Brian. De naam ontleenden ze aan het formulier van de Britse overheid, waarmee je een werkloosheidsuitkering kon aanvragen. Hun doorbraak dankten ze mede aan Chrissie Hynde, die één van hun eerste optredens zag. Zij nodigde UB40 uit om te gaan spelen in het voorprogramma van The Pretenders. Hun eerste hit volgt dan ook snel: ‘Food for thought’(198). Daarna volgden vele hits, zoals “Red red wine’, hun eerste nummer 1 hit in 1983. Andere grote hits zijn o.a. ‘Kingston Town’, ‘I Got You Babe’ en ‘Sing Your Own Song’. Wilson stapte in 2013 uit onvrede uit UB40. Samen met voormalig vocalist Ali Campbell begon hij een nieuwe band onder dezelfde naam. Enkele maanden geleden (augustus) overleed voormalig UB40-saxofonist en -componist Brian Travers op 62-jarige leeftijd.
Op 24 februari 1973 ging de Troetelschijf van Hilversum 3 naar ‘Part of the union’ van Strawbs. Het nummer werd geschreven door de bandleden Richard Hudson en John Ford. Aanvankelijk was het de bedoeling om ‘Part of the union’ op te nemen als het duo The Brothers, maar daar bleek de platenmaatschappij niet in geïnteresseerd te zijn. Zo belandde ‘Part of the union’ op het album ‘Bursting at the Seams’ van Strawbs. Hun label A&M Records pikt de track er uit om het als single uit te brengen.
De release in Engeland valt samen met een enorme stakingsgolf die het land teistert en het conservatieve deel van het Lagerhuis vraagt zich dan ook verontwaardigd af, of dit plaatje verder tot oproer aanzet. Mede door deze belangstelling besluit de Britse vakbond Transport & General Workers Union het nummer tot strijdlied te bombarderen. Al die ophef leidt tot nog meer aandacht en het publiek schaft het single van Strawbs aan. Zo belandt ‘Part of the union’ op de 2e plaats in de Britse charts. In de Daverende Dertig behaalt de single de 20e plaats.
Brian Travers, medeoprichter van de band UB40 is afgelopen zondag aan de gevolgen van kanker. Dat meldt UB40 maandag op Twitter. “Met veel verdriet maken we het overlijden van onze kameraad, broer, UB40-oprichter en muzikale legende Brian David Travers bekend”, valt te lezen in de verklaring. “Brian is zondagavond met zijn familie aan zijn zijde overleden na een lange en heroïsche strijd tegen kanker. Onze gedachten gaan uit naar zijn vrouw Lesley, zijn dochter Lisa en zoon Jamie. We voelen ons allemaal verslagen door het nieuws en vragen om respect voor de privacy van zijn familie.”
UB40 werd in 1978 opgericht werd door een vriendengroep uit Birmingham, waaronder Brian. De naam ontleenden ze aan het formulier van de Britse overheid, waarmee je een werkloosheidsuitkering kon aanvragen. Hun doorbraak dankten ze mede aan Chrissie Hynde, die één van hun eerste optredens zag. Zij nodigde UB40 uit om te gaan spelen in het voorprogramma van The Pretenders. Hun eerste hit volgt dan ook snel: ‘Food for thought’(198). Daarna volgden vele hits, zoals “Red red wine’, hun eerste nummer 1 hit in 1983. Andere grote hits zijn o.a. ‘Kingston Town’, ‘I Got You Babe’ en ‘Sing Your Own Song’. Hoewel de band na bijna 29 jaar samen te zijn geweest geregeld van samenstelling veranderde, bleef saxofonist Brian Travers een vaste waarde. Hij werd maar 62 jaar.
UB40 is terug met een bijzonder album: ‘Bigga baggariddim’. Een reggae plaat in samenwerking met artiesten uit 4 continenten waaronder House of Shem, Tippa Irie, BLVK H3RO, Inner Circle, Pablo Rider, KIOKO, Gilly G, Slinger, Winston Francis, Leno Banton en General Zooz (Reggae Rajahs) De release volgt op het succesvolle album ‘For The Many’ uit 2019. De echte UB40 fans herkennen de titel van ‘Bigga baggariddim’. Deze kwam ruim 35 jaar eerder al uit. Ditmaal is UB40 niet alleen herenigd met artiesten die te horen waren op het album uit 1985, maar werken ze ook samen met nieuw reggae talent.
Robin Campbell: “We really enjoy collaborations and this is a natural progression from the original Baggariddim, only more international, and a perfect companion to our last album For The Many because it uses the same rhythms/backing tracks, but features some of the reggae friends we’ve met and worked with around the world.” Het nummer ‘Roots rock reggae’ is hun nieuwe single.
Op 24 juli 1978 ging de Steunplaat van Frits Spits van start. Elke dag staan we bij Hitzound stil bij alle opeenvolgende keuzes van de DJ, die met de Avondspits een van de meest populaire radioprogramma’s maakte op de Nederlandse radio. Niet alleen dankzij de wekelijkse Steunplaat, maar ook met populaire rubrieken als “Kruip in de huid van…” en bovenal “De Poplimerick”. Op 17 september 1984 viel de keuze van Frits Spits op Black Uhuru met ‘What Is Life’. Wie kent het nog? Black Uhuru was de eerste band die een Grammy won in de categorie Reggae, nadat deze categorie in 1985 was toegevoegd. De naam Black Uhuru betekent zoveel als Zwarte Vrijheid, Uhuru is Swahili voor vrijheid. De band haalde in 1984 met een ander nummer, ‘What is life’, de Tipparade. Dat lukte niet met ‘What is life’.
Elke dag staan we bij Hitzound stil bij de Alarmschijf. Het was de plaat die in 1969 officieel werd geïntroduceerd door Radio Veronica en werd wekelijks gekozen en veel gedraaid. (na het hele uur) Vanaf 1 november 1969 startte Radio Veronica officieel met de Alarmschijf. Daarmee is het de oudste, nog altijd gekozen hit tip van de Nederlandse radio. Voordat de DJ`s van het eerste uur de Tipparade gingen samenstellen was er al een voorlopige Tipparade in het leven geroepen bij de zee zender. Deze werd gestart door Rob Out en uitgezonden na de Veronica Top Veertig vanaf 15 juli 1967. In deze periode werd de nummer 1 van de Tipparade door Out de Supertip genoemd. Deze pré-Tiplijsten zijn echter nooit afgedrukt.
Op 2 augustus 1969 staat Max Romeo op nummer 1 in de Tipparade met ‘The dream’. De Jamaicaanse reggae zanger schreef het nummer zelf. Het nummer was afkomstig van zijn album ‘Wet dream’. Eigenlijk was het de titelsong, maar in de Tip-Parade en de Veronica Top Veertig werd de titel ‘The dream’ gehanteerd; dat klonk niet zo controversieel. Toen Max Romeo veertien was verliet hij zijn familie om op een suikerplantage te gaan werken. Daar won hij op zijn achttiende een lokale talentenjacht. Hij besloot naar Kingston te gaan om een muzikale carrière op te bouwen.
In 1966 had hij met (Buy You) ‘a rainbow’ zijn eerste hit, samen met zijn groep The Emotions. Daarna hadden The Emotions nog een aantal hits. In 1968 besloot hij een solocarrière te beginnen. De single “The dream’ was hier succesvl: het nummer bereikte de 17e plaats in de Veronica Top Veertig. Ook maakte Max een plaat samen met Keith Richards van The Rolling Stones. Een sample van zijn single ‘I Chase the devil’ werd zeer bekend doordat dit door The Prodigy gebruikt werd in hun wereldwijde hit ‘Out of Space’.
Elke dag staan we bij Hitzound stil bij de Alarmschijf. Het was de plaat die in 1969 officieel werd geïntroduceerd door Radio Veronica en werd wekelijks gekozen en veel gedraaid. (na het hele uur) Vanaf 1 november 1969 startte Radio Veronica officieel met de Alarmschijf. Daarmee is het de oudste, nog altijd gekozen hit tip van de Nederlandse radio. Voordat de DJ`s van het eerste uur de Tipparade gingen samenstellen was er al een voorlopige Tipparade in het leven geroepen bij de zee zender. Deze werd gestart door Rob Out en uitgezonden na de Veronica Top Veertig vanaf 15 juli 1967. In deze periode werd de nummer 1 van de Tipparade door Out de Supertip genoemd. Deze pré-Tiplijsten zijn echter nooit afgedrukt.
Op 26 april 1969 staan Desmond Dekker & The Aces op nummer 1 in de Tipparade met ‘Israelites’. Desmond, een Jamaicaanse ska- en reggaezanger en –componist, schreef het nummer samen met Leslie Kong. Dekker kreeg zijn passie voor muziek dankzij bezoeken aan de kerk in zijn jeugd. Tijdens zijn werk later, als lasser, zong hij er graag op los. Zijn collega lassers vonden dat hij wat met zijn talent zou moeten doen. Desmond liet zich overhalen om enkele audities te gaan doen, maar dat leek aanvankelijk op niets uit te lopen.
Totdat Leslie King, eigenaar van het platenlabel Beverly, besloot hem een contract aan te bieden. Zijn eerste plaatje werd ‘Honour your mother and father’. Na verschillende hits, met name in Jamaica, kwam Dekker in contact met Patrick, Clive, Barry en Carl Howard. Deze vier broers werden uiteindelijk zijn vaste begeleidingsband: The Aces. Voor het nummer ‘The Israelites’ kreeg Dekker inspiratie toen hij een wandeling maakte in een lommerrijk park. Daar ving hij een ruzie op, van een stel, over geld. “Ze zei dat ze geld nodig had en hij zei dat het werk dat hij deed gewoon niet genoeg opleverde”. Op de weg terug naar huis ontstond het idee voor het nummer en : “Toen ik thuis kwam was het af”, aldus Desmond.
Maar die titel, hoe hij daar aan kwam? Het lijkt te maken te hebben met de twaalf stammen van Israël, die terug te vinden zijn in de Rastafari beweging. Een zin uit de tekst als “I don`t wanna ende up like Bonnie and Clyde” zouden een verwijzing naar de Rastafari kunnen zijn, die volgens het TOP 40 Dossier met 800 nummer 1 hits, de neiging hadden een crimineel leven te volgen. Daarmee heb ik de hoogste positie van ‘The Israelites’ al verklapt: het nummer bereikte de 1e plaats in de Veronica Top Veertig. Ook in de allereerste Hilversum 3 Top 30 van 23 mei 1969. Als eerste reggae single!
Op 24 juli 1978 ging de Steunplaat van Frits Spits van start. Elke dag staan we bij Hitzound stil bij alle opeenvolgende keuzes van de DJ, dat met De Avond Spits één van de meest legendarische radioprogramma`s was op de Nederlandse radio. Niet alleen dankzij de wekelijkse Steunplaat, maar ook met populaire rubrieken als “Kruip in de huid van…” en bovenal “De Poplimerick”. Op 21 november 1983 viel de keuze van Frits Spits op Jimmy Cliff met ‘Reggae Night’. Het nummer werd geschreven door Amir Bayyan en . . . . LaToya Jackson.
De Jamaicaanse reggae-zanger brak in Nederland door met ‘Wonderful World, Beautiful People’ in 1968. Het is de start van een succesvolle carrière. Met ‘Wild world’ (1970) scoorde Jimmy een nog grotere hit; het nummer bereikte de 2e plaats. Ook ‘Reggae night’ bleek een flink succes. De single bereikte de 3e positie in de Nederlandse Top Veertig. Kool & The Gang speelden het nummer in. Ronald ‘Kool’ Bell produceerde Jimmy`s album ‘The power and the glory’, waar ‘Reggae night’ op te vinden is.
Vandaag viert Jimmy Cliff zijn 73e verjaardag. Gefeliciteerd! De Jamaicaanse reggaezanger is vooral bekend van de hits ‘Wild world’ en ‘Reggae night’. Maar hij had er meer opzijn naam gebracht . . . . Op 14-jarige leeftijd verhuisde hij naar de hoofdstad Kingston om een muzikale carrière op te bouwen. Daar nam hij zijn artiestennaam “Jimmy Cliff” aan. Hij bracht twee singles uit die weliswaar niet succesvol waren, maar die hem wel in contact brachten met zijn ontdekker, Derrick Morgan.
In 1966 verhuisde Jimmy naar Londen, waar hij een platencontract had gesloten met Island Records. Drie jaar later brak Jimmy Cliff internationaal door dankzij de single ‘Wonderful world, beautiful people’. Ook in Nederland werd dit een behoorlijke hit. De opvolger, het politiek getinte ‘Vietnam’ deed het minder goed, maar werd door Bob Dylan toendertijd geprezen als het beste protestlied, dat hij gehoord had.
In 1970 nam hij ‘Wild world’ op, een cover van Cat Stevens. Dit nummer groeide uit tot zijn grootste hit: het bereikte de 2e plaats in de Veronica Top Veertig. In diezelfde tijd boekte Desmond Dekker succes met ‘You can get it, if you really want it’. Dat nummer was oorspronkelijk van Cliff. In 1972 kreeg hij een hoofdrol in de film ‘The harder they come’. De soundtrack van de film was voor het grootste deel gevuld met nummers die door Cliff werden gezongen.
In 1983 bereikte zijn ‘Treat the youths right’ de Nederlandse hitlijst. Na dat nummer volgden nog ‘Reggae night’, ‘Sunshine in the music’ en ‘We all are one’. Hij werkte veel samen met oud-Wailer Peter Tosh en Kool & The Gang. Verder verzorgde hij in 1984 een optreden op Pinkpop en kreeg hij in 1986 een Grammy Award voor beste reggaealbum voor de LP ‘Cliff Hanger’. Datzelfde jaar speelde hij naast Robin Williams en Peter O’Toole in de komische film Club Paradise. Van deze film zong hij ook het titellied.
In Amerika en Engeland stond hij in 1993 na 23 jaar weer in de hitparade met de Johnny Nash-cover ‘I can see clearly now’. Dit nummer was afkomstig uit Cool Runnings, een film over het Jamaicaanse bobteam dat in 1988 aan de Olympische Winterspelen meedeed. In 1995 zong hij samen met de Zuid-Afrikaanse muzikant Lebo M het nummer ‘Hakuna Matata’ uit de Disneyfilm The Lion King. De internationale hitlijsten in. In 2010 werd Cliff als tweede reggae-artiest na Bob Marley opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame. In 2012 sleepte Jimmy Cliff een Grammy Award binnen voor zijn album ‘Rebirth’.
